Home

zelfoverschatting

Zelfoverschatting is een cognitieve bias waarbij iemand zijn eigen vaardigheden, kennis of prestaties overschat ten opzichte van wat objectief mogelijk of bewezen is. Dit kan leiden tot het onderschatten van risico’s, complexiteit en benodigde inspanning. Het fenomeen komt voor in diverse contexten, zoals school, werk en sport. In de psychologische literatuur valt zelfoverschatting vaak onder de bredere categorie van overconfidence biases. Een bekend gerelateerd patroon is het Dunning-Kruger-effect: minder bekwaam personen overschatten doorgaans hun eigen kunnen, terwijl experts juist geneigd zijn om te onderschatten wat zij nog niet weten.

Oorzaken van zelfoverschatting zijn onder meer cognitieve biases en motivatie. De illusie van superioriteit, optimisme over

Gevolgen kunnen ernstig zijn voor zowel individuen als groepen. Praktische repercussies zijn onder meer slechte besluitvorming,

Beheersing en evaluatie: effectieve aanpakken bestaan uit het gebruik van objectieve criteria en externe feedback, het

uitkomsten
en
de
wens
om
indruk
te
maken
spelen
een
rol.
Een
gebrek
aan
objectieve
feedback,
beperkte
metacognitie
en
sociale
druk
om
zelfverzekerd
over
te
komen
versterken
het
verschijnsel.
Culturele
normen
die
assertiviteit
belonen
kunnen
zelfoverschatting
bovendien
vergroten.
onderschatting
van
benodigde
tijd
en
middelen,
en
risicovol
gedrag.
Op
individueel
niveau
kan
teleurstelling
en
demotivatie
volgen
wanneer
prestaties
niet
aan
verwachtingen
voldoen.
In
teams
kan
overconfidence
samenwerking
bemoeilijken
als
leden
hun
beperkingen
niet
onderkennen.
uitvoeren
van
pre-mortems,
en
training
in
metacognitie
en
probabilistisch
denken.
Het
bevorderen
van
een
open
feedbackcultuur
en
het
stimuleren
van
het
verkrijgen
van
tweede
meningen
kunnen
zelfoverschatting
verminderen.