oordeelt

Oordeelt is de derde persoon enkelvoud van het Nederlandse werkwoord oordelen. Oordelen betekent onder meer een mening vormen over iets of iemand, iets beoordelen op basis van feiten, of een besluit nemen op grond van die beoordeling. In juridische en formele context kan oordelen ook betekenen een conclusie of uitspraak geven over schuld, aansprakelijkheid of rechtmatigheid. In het alledaagse taalgebruik wordt oordelen vaak gebruikt in uitdrukkingen als een oordeel vellen of over iets oordelen.

In zinnen kan oordeelt zowel letterlijk als figuurlijk worden toegepast. Voorbeelden: De rechter oordeelt dat de verdachte schuldig is. Hij oordeelt dat dit plan haalbaar is. Zij oordeelt snel over mensen op basis van eerste indrukken. Het werkwoord kan ook verwijzen naar iemands meningsvorming ten aanzien van een zaak of gebeurtenis.

Grammaticaal is oordeelt een regular werkwoord in de tegenwoordige tijd. De basisvormen zijn onder andere: ik oordeel, jij oordeelt, hij/zij/het oordeelt, wij oordelen, jullie oordelen, zij oordelen. Het voltooid deelwoord is geoordeeld en de voltooide tijd wordt gevormd met hebben, bijvoorbeeld: hij heeft geoordeeld. Gebruikssituaties variëren van informeel tot formeel, en het woord kan samen met predicatieve adjectieven of met objecten worden gebruikt, zoals oordelen over iemand of over een situatie. Synoniemen zijn onder meer beoordelen, evalueren en inschatten, elk met subtiele nuances in betekenis en toon.