Home

conserveermethoden

Conserveermethoden zijn technieken om de houdbaarheid en veiligheid van levensmiddelen te verlengen. Ze remmen de groei van micro-organismen en vertragen of stoppen enzymatische reacties, waardoor bederf wordt voorkomen en voedsel langer veilig bewaard blijft.

De belangrijkste conserveermethoden kunnen worden onderverdeeld in verschillende groepen: thermische behandeling, koudebehandeling, uitdroging en osmose, fermentatie

Thermische methoden omvatten pasteurisatie en sterilisatie, waarbij voedsel kort of langdurig wordt verhit tot kritieke temperaturen.

Koudebehandeling omvat koeling (ongeveer 0–4°C) en invriezen (-18°C of lager). Verlaagde temperaturen vertragen de microbial groei

Drogen en osmose verwijderen of onttrekken water aan het product. Drogen kan lucht- of warmte-gedreven zijn;

Fermentatie maakt gebruik van micro-organismen die zuren produceren en het product stabiliseren; vaak bij lage pH

Veiligheids- en kwaliteitswaarborgen worden gegarandeerd via hygiëne, opslagomstandigheden en etikettering. HACCP en traceerbaarheid spelen een rol

en
inmaken,
en
in
sommige
gevallen
stralingsbehandeling.
Deze
methoden
werken
vaak
in
combinatie
en
beïnvloeden
ook
smaak,
textuur
en
voedingswaarde.
Blancheren
wordt
vooral
toegepast
bij
groenten
om
enzymactiviteit
te
verminderen
voordat
ze
verder
bewaard
worden.
Het
doel
is
het
doden
of
inactiveren
van
ziekteverwekkers
en
enzymen
en
het
verlengen
van
de
houdbaarheid.
en
houden
voedingsstoffen
beter
behouden.
Diepvriezen
stopt
vrijwel
alle
activiteit
en
maakt
de
producten
lang
houdbaar.
zout-
of
suikerconservering
verhoogt
de
osmotische
druk
en
remt
wateractiviteit
af,
waardoor
micro-organismen
minder
kunnen
groeien.
en
co‑culturen.
Inmaken
combineert
meestal
zuur
en
zout,
en
soms
thermische
behandeling,
om
de
houdbaarheid
te
vergroten.
bij
het
bepalen
van
houdbaarheidsdata
en
risk
management.