Home

nagelinfecties

Nagelinfecties zijn infecties van nagels die ontstaan door schimmels, bacteriën of gisten. De meest voorkomende vorm is onychomycose, een schimmelinfectie van vingernagels of teennagels, meestal veroorzaakt door dermatofyten zoals Trichophyton. Bacteriële of gemengde infecties van de nagelomgeving komen ook voor en worden soms aangeduid als paronychia, met roodheid, zwelling en soms pus.

Oorzaken en ziektelijnen variëren. De meeste nagelinfecties zijn schimmelgerelateerd (onychomycose) en kunnen leiden tot verdichting, verkleuring

Diagnose gebeurt doorgaans op basis van klinisch beeld en anamnese. Bevestiging kan plaatsvinden met aanvullende onderzoeken

Behandeling is afhankelijk van de oorzaak en de ernst. Voor milde onychomycose kunnen topische antifungale middelen

en
verdelging
van
de
nagel.
Paronychia
wordt
meestal
veroorzaakt
door
bacteriën
zoals
Staphylococcus
aureus
en
kan
zich
uiten
als
pijnlijke
roodheid
rond
de
nagelriem.
Gisten,
zoals
Candida,
kunnen
ook
nagels
besmetten,
vaak
in
combinatie
met
andere
micro-organismen.
Voortdurende
blootstelling
aan
vocht,
trauma
aan
de
nagels,
diabetes,
veroudering
en
een
verzwakt
immuunsysteem
verhogen
het
risico.
zoals
microscopie
van
nagelafkrabsel
(KOH-preparaat),
kweek
of
moleculaire
testen.
Sommige
gevallen
vereisen
radiologisch
onderzoek
om
aantasting
van
het
nagelbed
of
omliggende
weefsels
uit
te
sluiten.
(bijv.
ciclopirox
of
amorolfine)
voldoende
zijn,
maar
bij
nagelinfecties
met
duidelijke
aantasting
en
traag
herstel
zijn
systemische
antifugale
medicijnen
(zoals
terbinafine
of
itraconazol)
vaak
effectiever,
met
lange
behandelperioden.
Paronychia
kan
antibiotica
vereisen
en
soms
drainage.
Preventie
richt
zich
op
droog
houden
van
nagels,
vermijden
van
trauma,
regelmatig
wisselen
van
sokken
en
schoeisel,
en
het
vermijden
van
het
delen
van
nagelzorgmiddelen.
Reïncidentie
is
gebruikelijk
bij
nagelinfecties.