Home

objectoriëntatie

Objectoriëntatie, of object-oriented programming (OOP), is een programmeerparadigma dat is gebaseerd op het concept van objecten. Een object combineert data met gedrag en kan dienen als een herbruikbare vertegenwoordiging van entiteiten uit een domein.

In OOP worden objecten gemaakt volgens klassen, die als blauwdruk dienen. Een instantie van een klasse is

Encapsulatie beperkt directe toegang tot de interne staat van een object en stelt openbare interfaces beschikbaar.

Ontwerp en modellering in OOP richt zich op modulariteit en hergebruik door objecten te modelleren en door

Geschiedenis en talen: OOP ontstond uit werk met Simula en Smalltalk en is sindsdien dominant in Java,

Toepassingen en overwegingen: OOP vindt brede toepassing in zakelijke software, grafische gebruikersinterfaces en games. Nadelen zijn

een
object
met
eigen
waarden
voor
attributen
en
met
methoden
die
die
waarden
kunnen
manipuleren.
Belangrijke
concepten
zijn
encapsulatie,
overerfelijkheid
en
polymorfisme,
die
modelleren
hoe
data
en
gedrag
georganiseerd
zijn.
Overerfelijkheid
laat
klassen
afleiden
van
andere
klassen,
waardoor
eigenschappen
en
gedrag
kunnen
worden
doorgegeven.
Polymorfisme
maakt
het
mogelijk
om
verschillende
objecten
op
dezelfde
manier
te
behandelen
via
gemeenschappelijke
interfaces.
ontwerpregels
zoals
SOLID
toe
te
passen.
UML
wordt
vaak
gebruikt
om
klassen,
relaties
en
interacties
visueel
te
documenteren.
C++,
C#,
Python
en
Ruby.
De
meeste
moderne
talen
ondersteunen
meerdere
programmeerstijlen
en
kiezen
meestal
voor
een
hybride
aanpak
afhankelijk
van
de
situatie.
mogelijke
complexiteit
en
afhankelijkheden;
voor
sommige
problemen
kan
een
functionele
of
procedurele
benadering
eenvoudiger
en
effectiever
zijn.