Home

hoofdzinwaardige

Hoofdzinwaardige is een term die in sommige bronnen van de Nederlandse taalkunde voorkomt en bedoeld is om de eigenschap van bepaalde zinsdelen of zinnen aan te duiden om als hoofdzin te kunnen functioneren. In dergelijke contexten wordt gesproken van hoofdzinwaardig wanneer een zinsdeel op zichzelf een volwaardige hoofdzin kan vormen of als matrixzin kan dienen in een samengestelde zin.

Het begrip wordt vooral gebruikt om onderscheid te maken tussen elementen die wél zelfstandig als hoofdzin

De term is niet overal standaard en komt vooral voor in oudere of gespecialiseerde literatuur. In moderne

Voorbeelden die als hoofdzinwaardig kunnen worden opgevat zijn zinnen als “Gaat hij naar huis?” of “Wij gaan.”

Zie ook: hoofdzin, bijzin, finiete en niet-finiete constructies, ellips.

optreden
en
elementen
die
uitsluitend
als
bijzin
voorkomen.
Een
kenmerk
is
doorgaans
de
aanwezigheid
van
een
finite
werkwoordsvorm
en
de
mogelijkheid
om
als
zelfstandige
mededelende
of
vragende
zin
te
functioneren.
Niet-hoofdzinwaardige
elementen
daarentegen
kunnen
alleen
voorkomen
als
onderdeel
van
een
grotere
zinstructuur,
bijvoorbeeld
als
subdeel
van
een
bijzin
of
in
bepaalde
niet-finitieconstructies.
taalkunde
wordt
vaker
gesproken
van
hoofdzin
versus
bijzin
of
van
finiet
versus
niet-finiet,
waardoor
de
aanduiding
hoofdzinwaardig
in
verschillende
bronnen
verschillend
geïnterpreteerd
kan
worden.
Deze
zinnen
kunnen
als
volledige
hoofdzinnen
functioneren,
terwijl
zinsdelen
als
“dat
hij
gaat”
of
“omdat
hij
gaat”
doorgaans
als
bijzinnen
worden
gezien
en
niet
op
zichzelf
als
hoofdzin
kunnen
fungeren.
De
term
blijft
in
het
hedendaagse
gebruik
minder
gangbaar,
maar
kan
helpen
bij
het
beschrijven
van
zinsdelen
die
een
hoofdzinstructuur
dragen.