Netsysteem

Netsysteem is een begrip uit de informatica en elektrotechniek dat verwijst naar een georganiseerde infrastructuur van onderling verbonden netwerken en apparaten. Het doel is om data, services en communicatie betrouwbaar en efficiënt uit te wisselen over verschillende locaties.

Een netsysteem bestaat uit fysieke componenten zoals kabels, routers, switches, servers en eindpunten, en uit logische lagen zoals protocollen, adressering en routing. Samen vormen zij de capaciteit, beschikbaarheid en beveiliging van het netsysteem.

Netsystemen komen voor in verschillende domeinen, zoals IT-omgevingen met lokale netwerken (LAN), organisatiebrede netwerken (WAN) en datacenters; telecommunicatie-infrastructuren; en energienetten zoals slimme grids.

Ontwerp en beheer van netsystemen omvatten keuzes over topologie (ster, bus, ring, mesh), adresschema (IP-adressering, VLAN), routing en switching, en dienstverlening zoals kwaliteit van dienst (QoS). Beveiliging (firewalls, encryptie, VPN), redundantie en monitoring zijn essentiële onderdelen. Moderne netsystemen maken vaak gebruik van softwaregedefinieerde netwerken (SDN) en netwerkfunctievirtualisatie (NFV).

Standaarden en governance spelen een belangrijke rol. Netwerken volgen industriestandaarden zoals IEEE 802.x, IETF RFC's, ISO/IEC-normen en ITU-T-afspraken. Beleid, beveiliging en privacy zijn onderdeel van governance en compliance. Technologische ontwikkelingen zoals SDN/NFV, edge computing en Internet of Things beïnvloeden continue aanpassingen van netsystemen.

Een netsysteem is daarmee een complexe, evoluerende infrastructuur die in veel sectoren de basis vormt voor communicatie en samenwerking.