stormsystemen

Stormsystemen is een verzamelnaam voor grote weersystemen die gepaard gaan met circulerende winden rond een gebied van lage druk en met significante neerslag. Ze variëren in omvang en duur, van mesoscale systemen die binnen enkele uren ontstaan en verdampen tot langdurige extratropische en tropische systemen die dagen tot weken kunnen aanhouden. Meteorologen onderscheiden doorgaans twee hoofdtypen: tropische stormsystemen en extratropische (mid-latitude) stormsystemen.

Tropische stormsystemen ontstaan boven warme, vochtige oceaanwateren met relatief weinig wrijving van het aardoppervlak. Ze worden gevoed door warmte en vocht uit het oceaanoppervlak en ontwikkelen vaak een georganiseerd convectiepatroon rond een laagdrukcentrum, met een kenmerkende structuur zoals een oog en een oogwiel bij grotere systemen. Voorbeelden zijn tropische stormen, orkanen en tyfoons. Deze systemen kunnen extreem sterke winden, zware neerslag en stormvloeden veroorzaken, vooral langs kustgebieden en eilanden.

Extratropische stormsystemen ontstaan langs of ten noorden van de warme- en koudefrontgrenzen van het gematigde klimaat. Ze ontstaan vaak bij samensmelting van warme en koude lucht en hebben een meervoudig frontale structuur. Deze systemen brengen wisselvallig weer met zich mee, zoals aanhoudende regen of sneeuw, krachtige winden en soms schuine of buiige omstandigheden. Tornado’s kunnen in sommige gevallen voorkomen nabij hun fronts.

Beweging en voorspelling van stormsystemen worden nauwgezet gevolgd met satellieten, radar, oppervlakte- en bovenluchtmetingen en numerieke weersmodellen. De intensiteit en het pad kunnen significant variëren door factoren zoals oceaantemperatuur, luchtvochtigheid en omgevingstrukturen. Klimaatverandering kan de frequentie, intensiteit en bereik van tropische stormsystemen beïnvloeden.