gepaard
Gepad is a Dutch term used as an adjective and past participle to indicate that something occurs together with or is accompanied by another factor. It is common in formal writing, such as scientific, economic, and policy texts, to describe phenomena that do not stand alone but are gepaard with other circumstances.
In usage, gepaard is most often found in constructions meaning “is accompanied by” or “goes hand in
- De economische groei gaat gepaard met inflatie.
- De toename van de werkdruk gaat gepaard met een daling van de productiviteit.
- Het onderzoek toonde aan dat de bijwerkingen gepaard gingen met een verbetering in de algehele conditie.
Etymology and notes: gepaard is het verleden deelwoord van een werkwoord dat verband houdt met het idee