Home

groeisignalen

Groeisignalen verwijzen naar moleculaire signalen die de groei en ontwikkeling van cellen en weefsels regelen. Ze bepalen of een cel zich deelt, differentieert, in leven blijft of afsterft, en spelen een centrale rol in embryonale ontwikkeling, weefherstel en onderhoud van weefsels. Groeisignalen kunnen door cellen zelf worden afgegeven (autocrien), door nabije cellen (paracrien) of via de bloedbaan (endocrien); in planten zijn vergelijkbare stoffen betrokken bij groei en reactie op omgevingsfactoren.

In dierenorganismen bestaan groeisignalen vaak uit groeifactoren die binden aan specifieke receptoren op de celoppervlakte of

In planten fungeren fytohormonen (groeistoffen) als vergelijkbare groeisignalen. Auxines, cytokinines, gibberellines, brassinosteroïden, ethyleen en abscisinezuur regelen

Dysregulatie van groeisignalen kan leiden tot ziekten zoals kanker of groeistoornissen. Therapieën richten zich daarom vaak

in
het
cytoplasma.
Voorbeelden
van
groeifactoren
zijn
EGF,
IGF-1,
PDGF,
FGFs
en
TGF-β.
De
meeste
groeifactoren
act
via
receptortypereceptorfamilies
zoals
receptor
tyrosine
kinases
of
serine/threonine
kinases;
GPCRs
spelen
ook
een
rol.
Het
signaleringsnetwerk
wordt
doorgegeven
via
routes
zoals
MAPK/ERK,
PI3K/Akt
en
JAK/STAT,
wat
leidt
tot
veranderingen
in
genexpressie,
celcyclus,
metabolisme
en
overleving.
Regulering
vindt
plaats
door
feedback
en
interacties
tussen
meerdere
pathways,
waardoor
signaalsterkte
en
duur
bepalen
vasthoudende
cellulaire
uitkomsten.
celgroei,
differentiatie,
wortel-
en
scheutgroei,
wondsignalering
en
adaptatie
aan
milieuomstandigheden.
Deze
hormonen
bewegen
door
plantweefsel
en
worden
herkend
door
specifieke
receptoren,
wat
leidt
tot
signaaltransductie
en
aanpassing
van
fysiologie
en
ontwikkeling.
op
het
blokkeren
of
moduleren
van
signaalroutes,
bijvoorbeeld
met
tyrosinekinaseremmers
of
anti-EGFR-therapieën.
Onderzoek
naar
groeisignalen
gebruikt
metingen
van
ligand-
en
receptorexpressie,
fosforylatiestatus
en
reporter-systemen
om
signaalactiviteit
te
toetsen
en
netwerken
te
modelleren.