Home

generaliseer

Generaliseer is een Nederlands werkwoord dat betekent het toepassen van een conclusie, regel of eigenschap die uit specifieke gevallen is afgeleid, op een bredere groep of situatie. Het kan ook betekenen het maken van iets minder specifiek en meer algemeen. De handeling kan doelbewust plaatsvinden bij theoretische modellering of analyse, maar kan ook leiden tot fouten als de gebruikte voorbeelden niet representatief zijn.

Etymologie en verwante vormen: generaliseer is een leenwoord uit het Frans généraliser (algemeen maken), afgeleid van

Usage en toepassingsgebieden: in het dagelijks taalgebruik wordt generaliseren vaak gebruikt wanneer iemand een bredere regel

Synoniemen en nuance: veralgemenen is een veelgebruikt synoniem; nuanceverschillen bestaan vooral in stijl en context, waarbij

het
Latijnse
generalis.
Het
woord
verschijnt
in
combinatie
met
het
achtervoegsel
-eren/-iseren
en
heeft
verwante
vormen
zoals
generalisatie
(het
zelfstandig
naamwoord)
en
generaliseerbaar
of
veralgemenen
(synoniemen
die
dichter
bij
“algemener
maken”
liggen).
probeert
te
formuleren
op
basis
van
enkele
waarnemingen.
In
de
wetenschappelijke
context
verwijst
generalisatie
naar
de
generaliseerbaarheid
of
externe
validiteit
van
bevindingen,
dat
wil
zeggen
of
resultaten
buiten
de
onderzochte
steekproef
gelden
voor
de
hele
populatie.
In
de
logica
en
wiskunde
kan
generalisatie
verwijzen
naar
de
overgang
van
specifieke
gevallen
naar
een
algemene
uitspraak
(bijv.
universele
generalisatie).
Een
bekende
voorzichtigheid
is
de
haaste
of
overhaaste
generalisatie,
waarbij
een
brede
conclusie
wordt
getrokken
uit
te
weinig
of
niet-representatieve
data.
generaliseren
vaker
impliceert
een
brede
conclusie,
terwijl
veralgemenen
meer
nadruk
kan
leggen
op
het
uitbreiden
van
een
categorie.