Home

construeert

Construeert is de derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van het Nederlandse werkwoord construeeren, wat in de betekenis van interpreteren of afleiden uit kan worden gebruikt. Het duidt op het proces waarbij iemand uit een tekst, uitspraak of gegevens een bepaalde betekenis of conclusie afleidt. In formele of academische contexten wordt construeeren vaak gebruikt om een stap van logisch redeneren of interpretatie te benadrukken, juist wanneer meerdere lezingen mogelijk zijn of wanneer de interpretatie afhankelijk is van context en bewijs.

Verwantschap met andere werkwoorden is duidelijk: construeeren ligt qua betekenis dichtbij interpreteren en opvatten, maar heeft

Grammaticaal gezien is de infinitief construeeren, de ik-vorm construeer, de hij/zij krijgt construeert, de verleden tijd

Etymologisch gezien is construeeren verbonden met het Engelse construe en het Latijnse construere, met dezelfde wortelbetekenis

vaak
een
connotatie
van
systematisch
afleiden
of
construeren
van
betekenis
uit
beschikbare
elementen.
In
het
Nederlands
kan
construeeren
zowel
letterlijk
als
figuurlijk
worden
toegepast,
bijvoorbeeld
bij
literaire
analyse,
rechtswetenschap
of
Filosofie.
Veelgebruikte
synoniemen
zijn
interpreteren,
opvatten
en
afleiden,
terwijl
construeeren
vooral
de
nadruk
legt
op
een
deduktieve
of
constructieve
interpretatie.
construeerde
en
het
voltooid
deelwoord
geconstrueerd
(geconstrueerd).
Voorbeelden:
“De
jurist
construeert
de
wetsbepaling
uit
de
context.”
“Uit
de
zin
kan
men
anders
geconstrueerde
betekenissen
construeeren.”
Dergelijke
zinsconstructies
komen
vooral
voor
in
juridische,
linguïstische
en
philologische
teksten.
van
samenvoegen,
opbouwen
en
interpreteren.
Uiteraard
blijft
het
gebruik
afhankelijk
van
de
context
en
kan
construeeren
soms
formeler
of
technischer
klinken
dan
interpreteren.