Home

cellijn

Een cellijn is een populatie cellen die voortkomt uit een enkele cel en in laboratoriumomstandigheden langdurig kan worden doorgeplant. Cellijnen ontstaan vaak nadat een cel is getransformeerd of gemodificeerd, waardoor ze onsterfelijk kunnen delen, en worden meestal onderhouden in gecontroleerde cultuuromgevingen met specifieke media en groeifactoren.

Verschil met primaire cellen: Primaire cellen worden direct uit weefseldelen gewonnen en hebben doorgaans een beperkte

Modi en kenmerken: Cellijnen kunnen adhereerend aan een oppervlakte groeien of in suspensie. Ze variëren in

Toepassingen: Cellijnen worden veel gebruikt in fundamenteel en toegepast onderzoek, screenen van geneesmiddelen, toxicologiestudies, productie van

Nadelen: Een belangrijk aandachtspunt is dat cellijnen een kunstmatige representatie van in vivo weefselopties kunnen zijn;

Voorbeelden: HeLa (humaan cervixcarcinoom), HEK293 (humaan embryonaal nier), CHO (Chinese hamsteroor), Vero (apenkidney) en RAW 264.7

levensduur,
terwijl
cellijnen
continu
kunnen
blijven
delen
over
vele
generaties.
Immortalisatie
kan
op
natuurlijke
wijze
optreden
of
door
kunstmatige
ingrepen,
waardoor
een
continue
populatie
ontstaat.
genetische
samenstelling
en
fenotype
door
passagetoepassing,
wat
tot
genetische
drift
kan
leiden.
Kwaliteitszorg
omvat
authenticatie
van
de
cellijn
(bijv.
DNA-
of
STR-profiel),
periodieke
mycoplasma-controles
en
monitoring
van
verontreinigingen
en
kiemletsels.
biologics
(zoals
eiwitten)
en
vaccinontwikkeling.
Ze
zijn
ook
hulpmiddelen
bij
de
studie
van
signaaltransductie,
genexpressie
en
celgedrag
in
verschillende
weefsels.
langdurige
passaging
kan
leiden
tot
genetische
en
functionele
veranderingen.
Contaminatie
en
misidentificatie
blijven
risico’s,
zodat
regelmatige
controles
essentieel
zijn.
(muizemacrofagen)
zijn
bekende
cellijnen
die
in
diverse
onderzoeks-
en
productiecontexten
worden
gebruikt.