Storingslicht

Storingslicht is een indicatorlampje op elektronische apparaten, voertuigen en industriële systemen dat aangeeft dat er een storing, fout of verstoring is opgetreden. Het doel is om gebruikers en onderhoudspersoneel snel te alarmeren, zodat actie kan worden ondernomen om het probleem te identificeren en op te lossen.

Kleur en betekenis variëren per toepassing. Meestal duidt rood of amber op een storing of dringend probleem, terwijl groen vaak aangeeft dat het systeem normaal functioneert. Sommige storingslichten knipperen of wisselen van staat om de ernst of het type fout aan te geven. In moderne systemen kan het licht gepaard gaan met foutcodes of een display dat aanvullende informatie geeft.

Toepassingsgebieden omvatten consumentenelektronica (witgoed, telecommunicatieapparatuur, printers), voertuigen en transport (dashboards met fout- of controlelampjes), en industriële automatisering ( PLC-panelen, motorbesturingskasten). Storingslichten vormen vaak onderdeel van een bredere diagnostische structuur die statussignalen converteert naar begrijpelijke meldingen voor de gebruiker.

Interpretatie en handelen

Bij het verschijnen van een storingslicht is het raadzaam de handleiding te raadplegen om de specifieke betekenis te achterhalen. Noteer eventuele foutcodes en kijk of er een eenvoudige reset mogelijk is. Controleer visueel of kabels, zekeringen en verbindingen in orde zijn en of er geen zichtbare oorzaken zoals overbelasting of stofophoping zijn. Als het licht aanhoudt of de functionaliteit ontbreekt, schakel dan het apparaat uit en vraag om professionele hulp. Veiligheid staat altijd voorop; onder onbekende situaties moeten soms gespecialiseerde technici worden ingeschakeld.

Zie ook

Waarschuwingslampjes, foutcodes, diagnostische indicatoren.