Home

Radioluminescentie

Radioluminescentie is het fenomeen waarbij luminescentie wordt opgewekt door inwendige ioniserende straling die interactie heeft met een fosfor of een soortgelijke lichtgevende matrix. In radioluminescente apparaten bevindt een radioactieve bron zich meestal in een gefixeerde vorm in contact met een fosfor, waardoor voortdurend straling de fosfor exciteert en licht uitzendt zonder externe energiebron.

Het mechanisme berust op de energieoverdracht van radioactieve afbraakproducten (zoals alfastraling, betadeeltjes of gammastraling) aan elektronen

Historisch gezien werd radium-226 veelvuldig gebruikt in zelflichtende schilder- en verflagen voor wijzerplaten van horloges en

Toepassingen variëren van wijzerplaten en instrumentendisplays tot nood- en veiligheidsborden (exit signs) en sommige militaire of

Veiligheid en regelgeving rond radioluminescente materialen vallen onder stralings- en nucleaire regels. Bruikbare bronnen zijn doorgaans

in
het
fosfor.
De
aangeslagen
elektronen
vallen
terug
naar
lagere
energieniveaus
en
zenden
daarbij
fotonen
uit.
De
typische
emissiekleuren
hangen
af
van
de
gebruikte
fosfor
en
kunnen
groen,
geel
of
oranje
zijn.
De
lichtopbrengst
neemt
af
na
verloop
van
tijd
naarmate
de
activiteit
van
de
radioactieve
bron
daalt,
maar
bij
sommige
systemen
blijft
de
emissie
decennialang
bestaan
zolang
de
bron
actief
is.
instrumenten.
Door
veiligheidsoverwegingen
en
gezondheidsrisico’s
werd
gebruik
van
radium
in
consumentenproducten
verboden
of
sterk
beperkt.
Latere
generaties
maakten
gebruik
van
veiliger
isotopen
zoals
tritium
(H-3)
in
glazen
buisjes
en,
in
bepaalde
toepassingen,
promethium-147
in
vaste
bronnen.
Dergelijke
bronnen
bevinden
zich
vaak
in
sealed
capsules
om
blootstelling
te
beperken.
luchtvaarttoepassingen.
In
moderne
oordelen
is
radioluminescentie
grotendeels
vervangen
door
op
externe
verlichting
gebaseerde
technologieën
zoals
fotoluminescente
verf,
LED
of
elektroluminescente
systemen,
hoewel
trillingsloze,
zelfvlamloze
radioluminescente
bronnen
nog
steeds
in
nichetoepassingen
bestaan.
gesealed
en
worden
gereguleerd
geplaatst,
verwerkt
en
afgevoerd
om
blootstelling
en
milieuschade
te
voorkomen.