Home

Buisvoeding

Buisvoeding, ook wel enterale voeding genoemd, is voedingsondersteuning die via een buis rechtstreeks in de gastro-intestinale tract wordt toegediend. Dit gebeurt wanneer iemand niet voldoende via de mond kan eten of slikken, maar wel een werkende darm heeft. In de meeste gevallen is buisvoeding de voorkeursvorm van voeding boven parenterale voeding, die via een infuus in de bloedbaan gaat.

Toedieningsroutes zijn onder meer neus- of mondsonde naar de maag (nasogastrische of orogastrische sonde), neussonde naar

Formuleringen voor buisvoeding variëren. Veel gebruikte formuleringen zijn polymeric feeds met intacte eiwitten en koolhydraten; elementaire

Veiligheids- en complicatieoverwegingen omvatten aspiratie bij voeding in de longen, migratie of blokkering van de buis,

de
dunne
darm
(nasojejunale
sonde)
en
operatief
aangelegde
voedingsbuizen
zoals
een
gastric/PEG-
of
jejunostoom
(PEG/PEJ).
De
keuze
hangt
af
van
de
lokalisatie
van
de
voeding,
de
duur
van
de
behoefte
en
mogelijke
complicaties.
Buisvoeding
kan
tijdelijk
zijn
of
blijvend,
afhankelijk
van
de
aandoening.
of
semi-elementaire
feeds
bevatten
reeds
afgebroken
eiwitten
en
kunnen
bij
malabsorptie
of
ernstige
darmstoornissen
worden
gekozen.
Energiedichtheden
variëren
meestal
rond
1
kcal/ml;
eiwitbehoefte
ligt
vaak
tussen
1,0
en
1,5
g/kg
lichaamsgewicht
per
dag,
afhankelijk
van
de
klinische
situatie.
Voeding
kan
continu
via
een
pomp
of
als
bolus
gegeven
worden,
met
monitoring
van
gewicht,
vochtbalans,
elektrolyten
en
glycemie.
Plaatsingscontrole
van
de
buis
gebeurt
meestal
bij
de
start.
irritatie
van
neus-
of
keelholte,
diarree
of
obstipatie
en
zeldzamere
complicaties
zoals
lekkage
of
infectie
bij
de
ingang
van
de
sonde.
Refeeding-syndroom
kan
voorkomen
bij
ernstig
ondervoede
patiënten.