Home

skeletspiervezels

Skeletspiervezels zijn langgerekte, veelkernige cellen die samen skeletspieren vormen. Ze ontstaan door fusie van myoblasten tijdens de embryonale ontwikkeling en zijn onderverdeeld in fascikels die omgeven zijn door bindweefsel. Skeletspiervezels worden vrijwillig bewogen via motorneuronale aansturing en bevatten diverse structuren die contractie mogelijk maken, waaronder myofibrillen die zijn opgebouwd uit sarcomeren.

Structuur en metabolisme kenmerken de vezeltypes. Binnenin bevatten skeletspiervezels myofibrillen met filamenten van actine en myosine,

Typen skeletspiervezels worden doorgaans onderverdeeld in Type I (langzaam, oxidatief) en Type II (snelle vezels). Type

Functie en training. Type I-vezels leveren lange, betrouwbare inspanningen (bijv. houdingsbewaking), terwijl Type II-vezels snelle kracht

georganiseerd
in
sarcomeren.
Het
sarcoplasmatisch
reticulum
en
T-tubuli
spelen
een
cruciale
rol
bij
calciumhantering
en
prikkeling.
Vezels
bevatten
varying
aantallen
mitochondriën
en
myoglobine,
wat
hun
capaciteit
voor
aerobe
versus
anaerobe
energieproductie
beïnvloed.
Zuurstofrijkere
vezels
hebben
meer
mitochondriën
en
capillairen.
II
wordt
verder
onderverdeeld
in
IIa
(snelle
oxidatief-glycolytische)
en
IIx
(snelle
glycolytische).
Bij
mensen
is
er
geen
duidelijke
Type
IIb;
IIx-vezels
klinken
als
de
snelste,
maar
kunnen
in
de
loop
van
training
veranderen
naar
IIa.
De
verdeling
van
vezeltypes
verschilt
tussen
individuen
en
kan
worden
beïnvloed
door
genetica,
training
en
leeftijd.
leveren
maar
sneller
vermoeien.
Training
kan
de
spieruithoudingsvermogen
vergroten
door
oxidatieve
capaciteit
te
verhogen,
terwijl
krachttraining
spiermassa
en
kracht
vergroot
en
de
eigenschappen
van
IIx-
naar
IIa-vezels
kan
verschuiven.
Met
veroudering
verandert
de
vezeldistributie
en
neemt
de
spiermassa
af,
wat
bijdraagt
aan
sarcopenie.