Home

Plasmaeiwitbinding

Plasmaeiwitbinding is het reversibele proces waarbij moleculen in het bloedplasma, met name geneesmiddelen, zich binden aan plasma-eiwitten zoals albumine en alfa-1-zuur glycoproteïne. Een deel van het molecuul blijft gebonden aan deze eiwitten terwijl een vrij fractionele hoeveelheid ongehinderd kan diffunderen naar weefsels, worden gemetaboliseerd of via de nieren wordt geëlimineerd. De vrije fractie bepaalt de fysiologische activiteit, terwijl de gebonden fractie fungeert als reservoir.

De mate van plasmaeiwitbinding beïnvloedt de farmacokinetiek en farmacodynamiek. Gebonden moleculen zijn doorgaans inactief en kunnen

Factoren die binding beïnvloeden zijn onder meer pH, de aanwezigheid van concurrerende liganden en ziekte. Veranderingen

Metingen van plasmaeiwitbinding worden meestal uitgevoerd met ultrafiltratie of evenwichtsdialyse en uitgedrukt als de gebonden of

minder
snel
weefsels
bereiken
of
geëlimineerd
worden;
de
vrije
fractie
is
verantwoordelijk
voor
therapeutische
effecten.
Binding
kan
verzadigd
raken
bij
hoge
concentraties,
wat
leidt
tot
niet-lineaire
kinetics.
Daarnaast
kunnen
geneesmiddelen
elkaar
verdringen
bij
dezelfde
bindingsplaatsen,
waardoor
de
vrije
fractie
en
dus
activiteit
kunnen
toenemen.
in
albumineconcentratie,
zoals
bij
hypoalbuminemie,
ontstekingsreacties
of
lever-
of
nierziekten,
kunnen
de
vrije
fractie
van
bepaalde
geneesmiddelen
verhogen
en
zo
werkzaamheid
en
toxiciteit
beïnvloeden.
Ook
leeftijd,
zwangerschap
en
genetische
factoren
kunnen
een
rol
spelen
in
de
binding.
vrije
fractie.
Klinisch
belang
ligt
in
dosisplanning,
het
begrijpen
van
interacties
tussen
middelen
en
het
voorspellen
van
veranderingen
in
activiteit
en
klaring
bij
verschillende
ziektebeelden.