Bouwmaterialen

Bouwmaterialen zijn materialen die worden gebruikt bij de constructie en afwerking van gebouwen en infrastructuur. Ze dienen om draaglast te dragen, vormen te vormen en af te werken, en vervullen functies zoals isolatie, vochtbeheersing, veiligheid en esthetiek. Materialen kunnen worden onderverdeeld naar functie en herkomst: constructieve materialen, afwerkingsmaterialen, isolatiematerialen en natuurlijk of synthetisch materiaal.

Veelvoorkomende bouwmaterialen zijn beton (cementgebonden mengsel met aggregaten en water), staal, hout, baksteen en glas. Daarnaast spelen keramische materialen, gipskarton, keramische tegels, kunststof en diverse isolatiematerialen (steenwol, glaswol, polystyreen, PUR-schuim) een belangrijke rol. Ook composietmaterialen en gecoate of gelamineerde varianten worden toegepast wanneer specifieke eigenschappen vereist zijn.

Bij de keuze van bouwmaterialen komen factoren zoals sterkte en stijfheid, brandreactie, duurzaamheid, vochtbestendigheid, akoestische en thermische isolatie, onderhoudsbehoefte en kosten aan bod. Milieuanalyse speelt een steeds grotere rol, met aandacht voor embodied energy, CO2-uitstoot en de levensduur van materialen. Duurzaam bouwen streeft naar herbruikbaarheid, recycling en het gebruik van hernieuwbare of gecertificeerde bronnen, zoals hout uit beheerde bossen.

Normering en regelgeving beïnvloeden de materiaalkeuze en toepassing. In veel landen gelden normen en keurmerken voor veiligheid en betrouwbaarheid, waaronder CE-markering en nationale normen (zoals NEN in Nederland). Ontwerpen combineren doorgaans meerdere materialen om de gewenste constructieve, functionele en esthetische prestaties te realiseren, met aandacht voor levensduur, onderhoud en milieu-impact.

Recycling en hergebruik van bouwmaterialen dragen bij aan de circulaire economie en verminderen de vraag naar nieuwe grondstoffen. De haalbaarheid daarvan varieert per materiaal en toegepast proces.