Afgesteld

Afgesteld is het voltooid deelwoord van afstellen, een Nederlands werkwoord dat betekent dat iets is aangepast, gekalibreerd of op een gewenste waarde of toestand is gezet. Iets afstellen houdt in dat schades, onnauwkeurigheden of afwijkingen zijn rechtgezet en het betreffende apparaat of systeem nu volgens specificaties functioneert.

Etymologie en betekenis. Het voorvoegsel af- wijst op het bereiken van een eindtoestand of het richten op een doel. Stellen betekent plaatsen, instellen of bepalen. Samen geeft afstellen de handeling weer van het precies brengen van een apparaat, instrument of proces in de juiste conditie.

Toepassingsgebieden. In technische en industriële contexten wordt een instrument of machine vaak afgesteld na onderhoud of bij kalibratie, zodat metingen voldoen aan normen of toleranties. In voertuigen en machines kan de afstelling betrekking hebben op motor, brandstofsysteem of regelcircuits om prestaties of emissie-eisen te optimaliseren. In optiek, vuurwapens en landmeting gaat het om het afstellen van richtmiddelen, lenzen of meetpunten zodat afwijkingen worden gecorrigeerd. In de gezondheidszorg kan men doseringen of behandelparameters afstellen op een individu. In het dagelijks taalgebruik kan afgesteld ook betekenen dat iemand klaar of voorbereid is voor een taak.

Opmerkingen. In de muziek wordt afstellen vaak gebruikt voor het aanpassen van instellingen, maar het stemmen van klank (het exact afstemmen op toonhoogte) gebeurt meestal met stemmen. Verwante termen zijn afstelling en afsteller.

Voorbeelden: “Het instrument is afgesteld op nauwkeurigheid.” “De camera-instellingen zijn afgesteld.”