parfumallergenen

Parfumallergenen zijn stoffen in parfums en andere geparfumeerde producten die bij sommige mensen een allergische reactie kunnen veroorzaken, meestal als contactallergie. Ze komen voor in cosmetica zoals parfums, aftershaves en lotions, maar ook in wasmiddelen, schoonmaakmiddelen, luchtverfrissers en textielverzorgingsproducten. Blootstelling via de huid is de belangrijkste route; inhalatie kan ook voorkomen, vooral bij aerosols.

Regelgeving: In de Europese Unie moeten producten die werkzaam zijn als kosmetische producten de namen van de parfumallergenen afzonderlijk vermelden in de ingrediëntenlijst wanneer ze boven bepaalde drempels voorkomen. Er is een lijst van 26 erkende parfumallergenen. Dit helpt consumenten met een bekende allergie om ingrediënten te vermijden. Lokaal kunnen nationale instanties aanvullende richtlijnen geven; buiten de EU variëren regels.

Veel voorkomende voorbeelden: limoneen, linalool, eugenol, cinnamyl alcohol, cinnamal (cinnamaldehyde), hydroxyisohexyl 3-cyclohexene carboxaldehyde (HICC), hydroxycitronellal, citronellol, citraal (citral), alpha‑isomethylionone, farnesol, geraniol en coumarin. Deze stoffen zijn bekend om hun allergene potentie, vooral na oxidatie of blootstelling bij langdurig gebruik. Bepaalde essentiële oliën en natuurlijke parfums kunnen ook allergenen bevatten.

Diagnose en beheer: Bij vermoedelijke parfumallergie kan een arts of dermatoloog patchtests uitvoeren, vaak met fragmenten van de fragrance mix I en II. Behandeling bestaat uit het vermijden van geparfumeerde producten en het gebruik van parfumvrije alternatieven. Levensstijlmaatregelen omvatten het controleren van etiketten, het wassen van textiel met ongeparfumeerde wasmiddelen en het beperken van producten met “parfum” of “fragrance” in de ingrediëntenlijst. Bij aanhoudende klachten kan medische behandeling vereist zijn.