invasief

Invasief is een bijvoeglijk naamwoord uit het Nederlands dat betekent indringend of binnendringend. Het woord wordt in verschillende vakgebieden gebruikt en verwijst meestal naar iets dat in een andere ruimte, in een lichaam of in een ecosysteem doordringt, vaak met verstoring of schade als gevolg. Het tegenstelde begrip is niet-invasief.

In de geneeskunde verwijst invasief naar procedures die het lichaam binnendringen of weefsels raken. Voorbeelden zijn chirurgie, katheterisatie, endoscopie en biopten. Niet-invasieve (niet-invasieve) technieken doen dat niet; bijvoorbeeld beeldvorming of metingen die van buiten het lichaam plaatsvinden. Invasieve behandelingen dragen meer risico’s met zich mee, zoals infectie, bloedingen of schade aan organen, en vereisen vaak steriele techniek, anesthesie en geïnformeerde toestemming.

In de ecologie en biologie wordt invasief vaak toegepast op soorten die niet inheem zijn en zich uitbreiden ten koste van inheemse soorten en ecosystemen. invasieve soorten kunnen ecosystemen verstoren, economische schade veroorzaken en lokale biodiversiteit verminderen. Beheersmaatregelen richten zich op preventie, vroege opsporing en bestrijding.

In de context van privacy en gegevensverzameling kan invasief verwijzen naar methoden die in iemands privéleven binnendringen of veel persoonlijke gegevens verzamelen zonder passende toestemming. Dergelijke aanpakken roepen vaak ethische en juridische vragen op en vereisen afwegingen ten aanzien van privacy en proportionaliteit.

Etymologie: invasief is afgeleid van invasie, via het Franse invasif of het Engelse invasive, en wordt in het Nederlands met -ief geplaatst om adjectivische vorm aan te geven.