Home

inflatiemetingen

Inflatiemetingen zijn statistische metingen die de veranderingen in het algemene prijsniveau van goederen en diensten over tijd vastleggen. In de meeste economieën wordt inflatie uitgedrukt als een procentuele wijziging ten opzichte van een referentieperiode, meestal op maand- of jaarbasis.

De belangrijkste indexen voor inflatiemeting zijn onder andere de consumentenprijsindex (CPI) en de harmonized index van

Methoden en concepten spelen een cruciale rol bij inflatiemetingen. Prijsveranderingen worden vaak berekend met indexen zoals

Data en bronnen: nationale statistiekautoriteiten zoals het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) in Nederland publiceren

Toepassingen en beperkingen: inflatiemetingen informeren prijsbeleid, rentetarieven en macro-economische prognoses. Interpretatie vereist aandacht voor bias, definities

consumentenprijzen
(HICP).
De
CPI
meet
prijsveranderingen
voor
een
vaste
mand
goederen
en
diensten
die
huishoudens
kopen,
terwijl
de
HICP
is
ontworpen
voor
gestandaardiseerde
vergelijkingen
tussen
landen
binnen
de
Europese
Unie.
Globale
beleidscontext
in
sommige
landen
maakt
ook
gebruik
van
de
persoonlijke
consumptie-uitgavenprijsindex
(PCE)
en
de
bruto
binnenlands
product-deflator
(GDP-deflator).
Daarnaast
is
kerninflatie
een
maatstaf
waarbij
de
meest
volatiele
componenten
zoals
energie
en
voedsel
buiten
beschouwing
worden
gelaten.
Laspeyres,
Paasche
of
kettinggewijze
indexering.
Het
verschil
tussen
indexen
en
de
wijze
waarop
goederen
worden
vervangen
(substitutie)
kan
de
gemeten
inflatie
beïnvloeden.
Begrippen
zoals
kwaliteitsveranderingen
en
de
introductie
van
nieuwe
producten
kunnen
ook
de
metingen
beïnvloeden.
regelmatig
CPI-
en
HICP-gegevens.
Europese
comparatieve
cijfers
komen
van
Eurostat,
met
aanvullende
analyses
van
organisaties
als
de
OCDE
en
het
IMF.
Gegevens
worden
meestal
maandelijks
vrijgegeven,
met
periodieke
herzieningen
na
nadere
controles.
van
de
prijsmanden,
en
de
grenzen
van
vergelijkingen
tussen
landen
en
tijdsperioden.