Home

waarop

Waarop is een samengestelde betrekkelijke voornaamwoord in het Nederlands, gevormd uitwaar en de prepositie op. Het functioneert als een betrekkelijk voornaamwoord in relatieve clausules wanneer de verwijzing draait om de prepositie op, en kan ook als vraagwoord bestaan in waar-/op-vragen die betekenen “on wat” of “waarop”.

In betrekkelijke zinnen verwijst waarop naar een antecedent in de hoofdzin dat dienst doet als het object

In interrogatieve zinnen heeft waarop de betekenis “on wat” of “waarop” en kan het zelfstandig voorkomen of

Naast waarop bestaan andere fuseerte vormen met waar- en verschillende preposities, zoals waarover (over welke), waarmee

Samenvattend dient waarop als gespecialiseerde brug tussen hoofd- en relatieve clausule wanneer de prepositie op de

van
de
prepositie.
Voorbeelden:
Het
bord
waarop
ik
schrijf
is
wit.
De
brug
waarop
we
liepen
is
oud.
Deze
vorm
geeft
een
formele
toon
en
wordt
vaak
gebruikt
in
geschreven
taal,
bijvoorbeeld
in
kranten
en
boeken.
worden
gecombineerd
met
de
vervoegde
werkwoordsvorm.
Voorbeelden:
Waarop
wacht
je?
Wat
is
het
waarop
je
wacht?
In
spreektaal
komt
vaak
de
niet-fusale
vorm
voor:
Waar
wacht
je
op?
Deze
spreeksnelweg
is
gebruikelijk
in
informeel
taalgebruik;
de
samengestelde
vorm
blijft
in
formele
contexten
gangbaar.
(met
welke),
waarvoor
(voor
welke)
en
waardoor
(door
welke).
Deze
vormen
vormen
een
familie
van
prepositionele
betrekkelijke
voornaamwoorden
die
een
object
van
de
prepositie
in
de
clausule
aanduiden.
relatie
bewerkstelligt,
en
kan
het
ook
als
expliciet
vraagwoord
voorkomen.