importfuncties

Importfuncties zijn mechanismen in programmeertalen waarmee een programma code uit externe modules of bibliotheken kan gebruiken. Ze brengen onderdelen zoals functies, klassen en variabelen in de eigen namespace, waardoor hergebruik en modulariteit worden bevorderd. Importeren helpt bij het organiseren van grote projecten en bij dependency management, maar kan ook leiden tot complexe afhankelijkheden en langere opstarttijden als niet efficiënt met modules wordt omgegaan.

In verschillende programmeertalen bestaan verschillende syntaxis en regels. In Python bijvoorbeeld: import math of from math import sqrt. In JavaScript (ES6) is de gangbare vorm: import { map } from 'lodash' of import React from 'react'. In Java en C# gebeurt importeren vaak via statements als import java.util.List of using System; in deze talen verwijzen imports naar packages of namespaces. Veel talen ondersteunen daarnaast dynamische imports of lazy loading, waardoor een module pas in het geheugen wordt geladen wanneer deze nodig is.

Hoe importeren werkt, hangt af van de module- en pakketsystemen. Een runtime of compiler bouwt doorgaans een modulegrafiek op waarin wordt bepaald hoe code uit verschillende modules samenkomt. Bij pakketsystemen en bundlers kunnen afhankelijkheden worden opgehaald en geoptimaliseerd, bijvoorbeeld door tree shaking of code splitting. Fouten in imports, zoals verwijzingen naar ontbrekende modules of versieconflicten, kunnen leiden tot opstartproblemen of runtime errors.

Zie ook: module, package management, bundler, namespace.