Home

illusies

Illusies zijn waarnemingen die afwijken van de feitelijke fysieke werkelijkheid of van de directe sensorische informatie die aanwezig is. Ze ontstaan doordat het brein zintuiglijke signalen interpreteert via verwachtingen, context en eerder opgedane kennis. Bij illusies blijft externe stimuli doorgaans bestaan, in tegenstelling tot hallucinaties waarbij geen stimuli aanwezig zijn.

Er bestaan verschillende soorten illusies, met als bekendste de visuele illusies. Ook auditieve en tactiele illusies

Oorzaken zijn onder meer bottom-up verwerking en top-down verwachtingen, contextuele cues, contrast en adaptatie. Illusies kunnen

Historisch hebben onderzoekers zoals Helmholtz en de Gestaltpsychologen bijgedragen aan het begrip van illusies, die dienen

komen
voor.
Voorbeelden
van
visuele
illusies
zijn
de
Müller-Lyer-illusie,
waarbij
lijnen
met
verschillende
uiteinden
langer
of
korter
lijken
door
toegepaste
pijlsymbolen;
de
Ponzo-illusie,
waarbij
lijnen
op
een
convergerende
achtergrond
langer
lijken
dan
identieke
lijnen
op
een
vlakke
achtergrond;
en
de
Rubin-vas-illusie
die
figuur-achtergrond
scheidt
afhankelijk
van
waarneming.
Deze
illusies
ontstaan
doordat
het
visuele
systeem
complexe
cues
zoals
perspectief,
schaal
en
contouren
gebruikt
om
diepte
en
grootte
af
te
leiden.
worden
onderverdeeld
in
fysiologische
illusies
(gerelateerd
aan
de
werking
van
de
zintuigen
en
korte-termijnadaptatie)
en
cognitieve
of
interpretatieve
illusies
(die
voortkomen
uit
de
interpretatie
van
informatie
door
het
brein).
als
hulpmiddelen
om
de
constructieve
aard
van
perceptie
te
bestuderen.
Toepassingen
variëren
van
kunst
en
ontwerp
tot
neurologisch
onderzoek
en
verkeersveiligheid,
waar
begrip
van
illusies
kan
helpen
bij
het
ontwerp
van
heldere
visuele
communicatie.
Illusies
laten
zien
dat
waarneming
een
predictief
en
constructief
proces
is.