Home

Sloppenwoningen

Sloppenwoningen zijn kleine, slecht gebouwde en overbevolkte woningen die voorkomen in stedelijke gebieden. Ze kenmerken zich door beperkte afmetingen, zwakke constructie, weinig daglicht en ventilatie, gebrekkige verwarming en sanitair, evenals gedeelde voorzieningen en soms illegaal opgesplitste ingangen.

In de loop van de 19e en vroege 20e eeuw ontstonden ze door snelle verstedelijking en industrialisatie;

Beleidsmatig werd vanaf eind 19e en begin 20e eeuw gewerkt aan sanitaire normen, bouwvoorschriften en gemeentelijke

Sloppenwoningen vormen een belangrijk onderdeel van de sociale geschiedenis van verstedelijking en volkswoningbouw in Nederland en

arbeiders
en
migranten
woonden
in
deze
woningen
dichtbij
fabrieken
en
havens.
Veel
sloppen
bevinden
zich
in
de
oorspronkelijke
delen
van
steden:
oude
binnensteden,
langs
kanalen
en
in
achterafstraten,
en
herbergen
vaak
immigrantengroepen
en
arbeiders.
Leefomstandigheden
waren
vaak
ontoereikend
en
incorporeerden
tocht,
schimmel,
beperkte
sanitaire
voorzieningen
en
weinig
privacy.
sanering
van
achterstandswijken.
In
de
naoorlogse
periode
leidde
grootschalige
stadsvernieuwing
tot
veel
sloppenwijken
die
werden
afgebroken
en
vervangen
door
sociale
huurwoningen
en
vernieuwde
woonwijken.
Tegenwoordig
wordt
de
term
vooral
in
historische
context
gebruikt;
moderne
woningbeleid
richt
zich
op
betaalbare,
kwalitatieve
woningen
en
verbetering
van
leefomstandigheden
in
stedelijke
buurten.
Vlaanderen,
en
geven
inzicht
in
de
ontwikkeling
van
publieke
gezondheidszorg,
woningwetgeving
en
stedelijke
planning.