verdeel

Verdeel is de gebiedende wijs (imperatief) van het Nederlandse werkwoord verdelen, en wordt gebruikt om iemand de opdracht te geven iets in onderdelen te splitsen of te toewijzen. Verdelen betekent dus letterlijk het opdelen of toekennen van een geheel in delen, of het toewijzen van portions aan verschillende ontvangers.

Het werkwoord verdelen is opgebouwd uit een stam die voortkomt uit delen (delen of scheiden) met het voorvoegsel ver-, een andere vorm van toe- of verdeling. De betekenis laat zich via verschillende contexten herkennen: wiskunde (een getal verdelen in gelijke delen), logistiek (goederen verdelen over plaatsen), financiën (budget verdelen), en dagelijkse handelingen (taarten in stukken verdelen). De term verschijnt ook in uitdrukkingen zoals verdeling van middelen of tijd.

Verschillende vormen van verdelen worden in de taal toegepast afhankelijk van tijd en onderwerp. De infinitief is verdelen, de tegenwoordige tijd is ik verdeel, jij verdeelt en hij verdeelt, met de voltooide vorm verdeeld en de voltooide tijdsgroep verdeeld. De gebiedende wijs verdeel wordt specifiek gebruikt wanneer iemand een directe opdracht krijgt om te verdelen.

Synoniemen zijn onder andere opdelen, splitsen, toewijzen en alloceren, terwijl verwante termen verdeling en verdeelde toestand zijn. Verdeel kan in figuurlijke zin ook betekenen dat men een taak of verantwoordelijkheid over verschillende personen verdeelt, zodat iedereen een deel krijgt.

Zie ook verdeling, verdelen in wiskundige context en verdeling van middelen.