verbodssymbolen

Verbodssymbolen zijn gestandaardiseerde pictogrammen die aangeven dat een handeling, een ruimte of een toestand niet is toegestaan. Ze communiceren restricties snel en wereldwijd, zonder afhankelijk te zijn van taal of tekst. Je vindt ze in werkomgevingen, publieke gebouwen, vervoer, en op consumentenproducten en verpakkingen.

Ontwerp en normering: De meeste verbodssymbolen vallen onder ISO 7010, een internationale norm voor veiligheidssignalisatie. In vele regio's wordt daarnaast ISO 3864 toegepast. De gangbare vorm is een rode cirkel met een diagonale slash rond een pictogram, waarbij het pictogram zelf meestal in zwart op een lichte achtergrond is afgebeeld. De rode cirkel signaleert een verbod; tekst is vaak optioneel en kan in de lokale taal zijn aangebracht.

Voorbeelden: geen toegang voor onbevoegden, niet roken, geen telefoongesprekken in bepaalde zones, geen fotografie in gevoelige omgevingen, geen eten of drinken in laboratoria, geen fietsen in voetgangersgebieden, en dergelijke restricties.

Effectiviteit en toegankelijkheid: Pictogrammen verminderen taal- en alfabetafhankelijkheid en bevorderen snelle herkenning. Het gebruik van rood en een diagonale lijn draagt bij aan de duidelijke boodschap. In veiligheidsontwerp wordt gestreefd naar hoge contrasten zodat ze ook bij verschillende lichtomstandigheden leesbaar blijven.

Historie en impact: Sinds de opkomst van ISO 7010 zijn verbodssymbolen wereldwijd breed toegepast in industrie en publieke ruimte, en vormen ze samen met waarschuwing- en verplichtingsborden een universele taal voor veiligheid.

---