Home

standaardgateway

Standaardgateway, in het Engels default gateway, is een netwerkpunt dat functioneert als de hoofdtoegang tot alle netwerken buiten het lokale subnet. Een apparaat in een LAN stuurt verkeer dat bestemd is voor adressen buiten het eigen subnet naar zijn standaardgateway. De gateway fungeert vervolgens als volgende hop en zorgt ervoor dat het verkeer richting het juiste netwerk of internet wordt gerouteerd.

Hoe het werkt: elk apparaat heeft een routingstabel. Als een bestemming zich binnen het lokale subnet bevindt,

Configuratie en praktijk: op een klantapparaat wordt de standaardgateway meestal toegewezen via DHCP door de router,

Redundantie en risico’s: gebrek aan toegang tot de standaardgateway leidt tot verlies van connectiviteit met externe

blijft
het
verkeer
lokaal.
Is
dat
niet
het
geval,
dan
gaat
het
pakket
naar
de
standaardgateway
(de
route
met
bestemming
0.0.0.0/0
bij
IPv4
of
::/0
bij
IPv6).
De
gateway
bepaalt
daarna
hoe
het
pakket
verder
wordt
gerouteerd,
vaak
via
een
bredere
router,
ISP-netwerk
of
internet.
In
veel
thuisnetwerken
is
de
standaardgateway
een
router
die
ook
NAT
uitvoert,
waardoor
meerdere
lokale
apparaten
met
één
extern
IP-adres
kunnen
communiceren.
of
handmatig
ingesteld
bij
statische
IP-configuratie.
Het
adres
van
de
gateway
ligt
gewoonlijk
op
hetzelfde
lokale
LAN-subnet,
bijvoorbeeld
192.168.1.1
of
10.0.0.1.
Bij
IPv6
gebruikt
men
doorgaans
een
standaardrouteringspad
via
een
IPv6-default-route.
netwerken.
In
grotere
netwerken
worden
vaak
meerdere
gateways
of
redundante
routes
gebruikt
om
uitval
te
voorkomen.
Veelvoorkomende
extra
functies
van
gateways
zijn
firewalling,
DHCP-server
en
DNS-diensten.