Home

splijting

Splijting is het vermogen van sommige gesteenten om langs duidelijke, vlakke vlakken te splijten, waardoor dunne, rechte platen ontstaan. Het fenomeen ontstaat doordat mineralen en texturen in het gesteente langs zwakke scheidingsvlakken zijn georiënteerd, wat leidt tot splijting langs specifieke richtingen. In de geologie wordt splijting vaak gekoppeld aan termen als foliation of fissility, en aan de aanwezigheid van laminatie.

Oorzaken en kenmerken van splijting variëren per gesteente. Bij sedimentaire rock zoals schalie en leemsteen ontstaat

Toepassingen en implicaties. Splijting is belangrijk in de bouw en mijnbouw omdat het de fragmentatie van gesteente

Terminologie en gerelateerde concepten. Splijting staat nauw verwant aan fissility en cleavage in de geologie, die

splijting
door
laminatie
en
de
aanwezigheid
van
kleimineralen
die
een
zwakke
plane
vormen
waarlangs
het
gesteente
gemakkelijk
kan
splitsen.
Bij
metamorf
gesteente
zoals
schist
en
fylliet
ontstaat
splijting
door
hernieuwde
oriëntatie
van
platte
mineralen
(zoals
mica)
die
platenachtige
samenstelling
versterken.
In
igneuze
gesteenten
is
splijting
minder
algemeen,
maar
sommige
varianten
kunnen
langs
foliatie-achtige
vlakken
verbreken.
bepaalt:
oppervlakken
die
door
splijting
ontstaan,
leveren
vaak
aangename,
vlakke
blokken
op
maar
kunnen
ook
de
stabiliteit
van
gebouwen,
taludes
en
tunnels
beïnvloeden.
Bij
quarrying
kan
men
bewust
gebruikmaken
van
splijtingsvlakken
om
blokken
te
verkrijgen
met
minimale
bewerking.
Tegelijkertijd
kan
onbedoelde
splijting
leiden
tot
eentonige
of
instabieleslopingen
en
verhoogde
rupvorming
bij
steile
taluds.
beide
verwijzen
naar
de
neiging
van
gesteente
om
langs
zwakke
vlakken
te
splitsen.
Het
begrip
wordt
gebruikt
naast
bedding
en
foliation
om
de
textuur
en
mechanische
eigenschappen
van
gesteenten
te
beschrijven.