Home

splijten

Splijten is een Nederlands werkwoord met de betekenis: het scheiden of verdelen van een geheel in twee of meer delen, vaak langs een natuurlijke of zwakke scheidingslijn. Het kan zowel letterlijk als figuurlijk worden gebruikt en is doorgaans transitief: iemand splijt iets in tweeën of meerdere stukken.

In de houtbewerking en bouwkunde wordt splijten vaak toegepast om hout, houtskool, of karton langs de nerf

In de geologie en mineralogie verwijst splijting of splijtning naar de neiging van bepaalde gesteenten om

In datawetenschap en informatica kan splijten verwijzen naar het opdelen van datasets in subgroepen, bijvoorbeeld het

Etymologisch gezien is splijten een woord van Germaanse oorsprong en verwant aan het Engelse 'split' en soortgelijke

Zie ook: splitsen, breken, klieven, scheiden.

---

of
langs
een
aangewezen
lijn
te
verdelen,
bijvoorbeeld
met
een
bijl,
kloofhamer
of
beitel.
Het
proces
vereist
gereedschap
en
controle
over
de
kracht
om
scheuren
te
voorkomen
of
juist
te
veroorzaken.
langs
vlakken
te
scheiden.
De
aanwezigheid
van
duidelijke
splijtvlakken
bepaalt
breukgedrag
en
toepassingen
zoals
metselwerk
of
het
winnen
van
mineralen.
splitsen
van
data
in
trainings-
en
testsets.
Ook
in
programmeren
praat
men
vaak
over
het
splitsen
van
strings
of
bestanden.
termen
in
naburige
talen.
Synoniemen
zijn
onder
meer
breken,
scheiden
en
klieven,
afhankelijk
van
de
context.