papiersoorten

Papiersoorten is een verzamelnaam voor de vele typen papier die in verschillende sectoren en toepassingen worden gebruikt. Papier ontstaat uit cellulosevezels, doorgaans uit hout of gerecyclede bronnen, die via een pulpproces tot papier worden verwerkt. De uiteindelijke eigenschappen van het papier—gewicht, dikte, structuur en kleur— bepalen de geschiktheid voor specifieke taken, zoals schrijven, drukken of verpakkingen.

De belangrijkste indelingen zijn gebaseerd op vezelbron (houtpapier versus gerecycled papier), op basis van grammage (gewicht per vierkante meter) en op oppervlakte en afwerking. Grammage varieert van lichte papieren rond 60–100 g/m2 voor kopieer- en schrijfpapier tot karton boven 200 g/m2. De oppervlakte kan glad zijn of textuur hebben; veelvoorkomende afwerkingen zijn ongestreken, glad en gelamineerd. Daarnaast bestaan er speciale categorieën zoals fotopapier, kunst- en tekenpapier, glasine en vellum. Karton en golfkarton vormen zwaardere klassen die veelal voor verpakking en vervoer worden toegepast.

Speciaal papier omvat onder meer fotopapier, aquarel- en tekenpapier (kunstpapier), glasine (doorschijnend) en vellum (doorschijnend, glad). Voor grotere toepassingen is karton of golfkarton gebruikelijk. Elk type heeft specifieke eigenschappen zoals helderheid, zuiverheid, doorlatendheid en kleurdiepte, afgestemd op de gewenste toepassing en duurzaamheidseisen.

Milieu en duurzaamheid spelen een rol bij papiersoorten. Veel papier is recyclebaar en draagt keurmerken zoals FSC of PEFC die herkomst en sociale- en milieupraktijken waarborgen. Sommige processen gebruiken chloorvrij bleken en andere milieuvriendelijke technologieën. Bij de keuze van papier kan rekening worden gehouden met recycled content en productie-impact.