papieren
Papieren is in het Nederlands een meervoudig zelfstandig naamwoord en een bijvoeglijk naamwoord. Als zelfstandig naamwoord verwijst papieren naar documenten of stukken die iemands identiteit of rechtspositie bevestigen, zoals identiteitsbewijzen, paspoorten, contracten of andere officiële stukken. In spreektaal hoor je vaak: 'Zijn papieren zijn in orde' of 'Ik moet mijn papieren meenemen.' Als bijvoeglijk naamwoord betekent het 'gemaakt van papier' of 'met betrekking tot papier', bijvoorbeeld papieren zakdoekjes, papieren tas of de uitdrukking papieren rompslomp voor bureaucratische papierwerk.
Papier is een materiaal dat bestaat uit vezels, meestal cellulose uit houtpulp of gerecyclede vezels. De ontwikkeling
Er bestaan vele soorten papier, afhankelijk van vezelbron, binding en afwerking: schrijfpapier, karton, verpakkingspapier, krantenpapier, glasine
Milieu en duurzaamheid: de papierindustrie gebruikt houtpulp en gerecyclede vezels. Recycling vermindert de vraag naar nieuw