Home

ossificeren

Ossificeren is het biologisch proces waarbij botweefsel ontstaat of zich verandert. Het speelt een centrale rol bij embryonale skeletvorming, groei en botherstel. Er bestaan twee hoofdtypes van ossificatie: intramembraneuze ossificatie en endochondrale ossificatie.

Intramembraneuze ossificatie vindt rechtstreeks plaats vanuit mesenchymweefsel zonder kraakbeenstadium. Dit proces leidt tot vorming van platte

Tijdens de ossificatie migreren osteoblasten naar het kraakbeen- of mesenchymgebied en vormen osteoid, dat mineraliseert tot

Ossificatie wordt gereguleerd door endocriene signalen zoals groeihormoon, thyreoïdhormoon, parathyroïdhormoon, vitamine D en geslachtshormonen, en door

Stoornissen in ossificatie kunnen zich uiten in rachitis door vitamine-D-deficiëntie, osteogenesis imperfecta met botfragiliteit en osteopetrosis

botten,
zoals
delen
van
het
schedelbot,
aangezicht
en
de
clavicula.
Endochondrale
ossificatie
begint
met
een
kraakbenig
model
dat
geleidelijk
wordt
vervangen
door
botweefsel.
Dit
is
de
gangbare
manier
waarop
de
meeste
lange
botten
(zoals
femur,
humerus)
en
veel
wervels
ontstaan.
bot.
Bij
intramembraneuze
ossificatie
ontstaan
botweefsels
zonder
voorafgaand
kraakbeen;
bij
endochondrale
ossificatie
verloopt
de
vervanging
van
kraakbeen
door
bot
via
groeizones
en
ossificatiecentra.
Het
periost
en
het
endost
zorgen
voor
verdere
remodelering
en
de
aanpassing
van
botdikte.
mechanische
belasting.
Een
evenwicht
tussen
osteoblasten
(botvorming)
en
osteoclasten
(botafbraak)
handhaaft
botmassa
en
botsterkte.
bij
verminderde
botresorptie.
Bij
volwassenen
kan
veroudering
leiden
tot
osteoporose,
terwijl
abnormale
botvorming
ook
bij
aangeboren
aandoeningen
voorkomt.