Home

botvorming

Botvorming, of ossificatie, is het proces waarbij botten worden gevormd, ontwikkeld en onderhouden. Het speelt een sleutelrol bij embryonale ontwikkeling en postnatale groei, en bij botherstel na fracturen. Er bestaan twee hoofdtypen: intramembraneuze ossificatie en endochondrale ossificatie.

Intramembraneuze ossificatie vindt plaats wanneer mesenchymcellen rechtstreeks differentiëren tot osteoblasten. Osteoblasten scheiden osteoïd uit, dat mineraliseert

Endochondrale ossificatie verloopt via een kraakbeenmodel: kraakbeen wordt geleidelijk vervangen door botweefsel. Het proces begint met

Botgroei en -onderhoud blijven tijdens het leven doorgaan door botremodellering, waarbij osteoclasten bot afbreken en osteoblasten

Klinisch relevante aspecten omvatten stoornissen in ossificatie en vertraagde of abnormale botvorming, evenals fractuurgenezing die mede

tot
verweven
bot.
Dit
type
ossificatie
vormt
voornamelijk
platte
botten
zoals
delen
van
de
schedel
en
jukbeenderen,
evenals
delen
van
de
clavicula,
en
wordt
later
herschikt
tot
lamellair
bot
tijdens
remodeling.
een
primair
ossificatiecentrum
in
de
diaphyse;
bloedvaten
en
osteoblasten
migreren
naar
het
kraakbeenmodel
en
bouwen
bot
op
terwijl
kraakbeen
verdwijnt.
In
de
epifysen
ontstaan
secundaire
ossificatiecentra.
Groei
in
lengte
vindt
plaats
bij
de
epifysiaire
groeischijven,
waar
kraakbeen
blijft
prolifereren
en
vervolgens
wordt
vervangen
door
bot;
uiteindelijk
sluiten
deze
groeischijven
na
de
puberteit.
nieuw
bot
vormen.
Dit
onderhoud
regelt
mineralenhuishouding
en
past
botsterkte
aan
de
mechanische
belasting
aan.
Regulatie
gebeurt
door
factoren
als
Runx2
en
Osterix
(osteoblastdifferentiatie),
SOX9
(kraakbeenvorming),
BMPs
en
Wnt-signaling
(ossificatie),
en
groeifactoren
zoals
IHH
en
FGFs.
door
ossificatieprocessen
wordt
bepaald.