Home

opleidingsgraad

Opleidingsgraad, ook wel opleidingsniveau genoemd, is de mate waarin iemand een opleiding heeft voltooid. Het geeft de hoogste behaalde onderwijsniveau aan en wordt veel gebruikt in demografisch en sociaal-economisch onderzoek om iemands positie op de arbeidsmarkt of in de samenleving te karakteriseren.

In statistiek en beleid wordt opleidingsgraad vaak vastgesteld aan de hand van nationale classificaties die zijn

Praktisch worden in veel landen de volgende aanduidingen gebruikt: basisonderwijs of lager onderwijs, voortgezet onderwijs, mbo,

Toepassing en interpretatie: opleidingsgraad wordt gebruikt bij arbeidsmarktanalyses, beleidsvorming, sociale mobiliteit en economische prognoses. Het heeft

afgestemd
op
internationale
raamwerken
zoals
ISCED.
Dit
maakt
het
mogelijk
om
onderwijsniveaus
te
vergelijken
over
tijd
en
tussen
bevolkingsgroepen.
De
categorieën
variëren
per
land,
maar
schatten
doorgaans
de
volgende
niveaus:
basisonderwijs,
voortgezet
onderwijs
(waaronder
vmbo,
havo
en
vwo),
middelbaar
beroepsonderwijs
(mbo),
hoger
beroepsonderwijs
(hbo)
en
wetenschappelijk
onderwijs
(wo),
inclusief
bachelor-,
master-
en
doctoraatsniveaus.
hbo
en
wo
(waarbij
wo
vaak
verder
wordt
onderverdeeld
in
bachelor
en
master).
In
internationale
vergelijkingen
wordt
vaak
gesproken
van
ISCED-niveaus
2
tot
en
met
8,
afhankelijk
van
de
aard
van
de
opleiding.
invloed
op
werkgelegenheid
en
verdienmogelijkheden,
maar
geeft
geen
informatie
over
studierichting,
vakkennis,
kwaliteit
van
de
opleiding
of
lopende
studies.
Daarnaast
kunnen
definities
en
niveaus
verschillen
per
land,
wat
comparaties
bemoeilijkt.