hobbelig

Hobbelig is een Nederlands bijvoeglijk naamwoord dat aangeeft dat iets vol zit met hobbel(s) of onregelmatigheden, waardoor beweging of doorgang oncomfortabel of schokkerig kan voelen. Het wordt veel gebruikt voor fysieke oppervlakken zoals wegen, paden en terreinen, maar ook voor figuurlijke situaties zoals een traject, relatie of planning die door obstakels herd en onzekerheden kent. In vertaling naar het Engels komt hobbelig meestal neer op bumpy of rough, afhankelijk van de context.

Etymologie en vorming: het woord is afgeleid van het zelfstandig naamwoord hobbel, dat een oneffenheid of bult op een oppervlak aanduidt. Het achtervoegsel -ig geeft aan dat iets de aard of eigenschap van dat zelfstandig naamwoord heeft: gekenmerkt door hobbel(s).

Gebruik en nuance: hobbelig benadrukt de aanwezigheid van hinderlijke onregelmatigheden die leiden tot jarige bewegingen of extra inspanning. Het onderscheid met woorden als oneffen of ruw is subtiel: oneffen fokusser op het oppervlak zelf, terwijl hobbelig vaak de gevoelens van een hobbelige reis of situatie onderstreept. Figuurlijk kan men spreken van een hobbelige relatie, een hobbelig startpunt of een hobbelig traject.

Uitdrukkingen: uitdrukkingen zoals een hobbel in de weg komen vaak voor—“Er zat een hobbel in de weg” verwijst naar een onverwachte tegenslag of complicatie.

Synoniemen en gerelateerde termen omvatten oneffen, ruw, schokkerig of wankel, afhankelijk van de context en nuance. Hobbelig blijft een gangbaar en veelzijdig adjectief in zowel informele als formelere Brabantse en Nederlandse taalgebruik.