gepland
Gepland is het voltooid deelwoord van het werkwoord plannen in het Nederlands. Het geeft aan dat iets van tevoren is geregeld of vastgesteld en volgens een schema zal plaatsvinden. Gepland kan op twee manieren gebruikt worden: als werkwoordelijke vorm in de voltooide tijd en als bijvoeglijk naamwoord.
Voorbeelden: Ik heb een reis gepland. Het evenement is gepland. In predicatieve positie geeft het aan dat
Gepland is veelvoorkomend in administratieve, zakelijke en planningscontexten, zoals projectplanning, afspraken en onderhoudsschema’s. De spelling volgt
In het dagelijks taalgebruik wordt gepland vaak gebruikt om aan te geven dat er vooraf zekerheid of