bloeiperiodes

Bloeiperiodes zijn de perioden waarin een plant bloemen toont. Deze periodes kunnen kort of lang duren en variëren sterk tussen soorten en tussen individuele planten. Bij veel soorten is de bloei geen aaneengesloten gebeurtenis maar gebeurt zij in meerdere uitbarstingen of flushes, waardoor de plant gedurende een seizoen meerdere keren kan uitbloeien.

Een bloeiperiode wordt meestal vastgesteld aan de hand van het moment waarop de eerste bloemen verschijnen en het moment waarop de laatste bloem verwelkt of de bloei eindigt. De duur van de bloei kan sterk verschillen: sommige planten bloeien slechts enkele dagen, andere meerdere weken of zelfs maanden. In tuinen en landbouw wordt vaak gesproken van beginbloei, hoogtepijn en eindbloei.

De bloeitijd wordt bepaald door een combinatie van genetische factoren en omgevingsomstandigheden. Belangrijke invloedsfactoren zijn fotoperiode (lengte van daglicht), temperatuur en vernalisatie, evenals vocht, bodemgesteldheid en voedingsstatus. Klimaat- en microklimaatverschillen kunnen ervoor zorgen dat dezelfde soort in verschillende locaties op verschillende tijden bloeit. Pollinatorenzorg en bestuiving spelen eveneens een rol, omdat sommige planten hun bloei afstemmen op de beschikbaarheid van bestuivers.

In horticulture en landschapsontwerp is de keuze voor planten met korte of lange bloeiperioden, of met meerdere bloeipunten, belangrijk voor seizoenalen of jaar-op-jaar aantrekkingskracht. Bloeiperiodes zijn ook onderwerp van fenologisch onderzoek, vooral in de context van klimaatverandering, waarbij verschuivingen in bloeitijden worden waargenomen en vertaald naar effecten op ecosystemen en pollineers.