omgevingsomstandigheden
Omgevingsomstandigheden verwijzen naar de omstandigheden waaraan een systeem of organisme wordt blootgesteld. Ze omvatten fysische, chemische en biotische factoren, maar ook sociale en organisatorische context. In techniek en bouw betreffen ze de omgeving van een product, machine, gebouw of arbeidsplaats en de omstandigheden waarin activiteiten plaatsvinden.
Fysische omgevingsomstandigheden: temperatuur, relatieve vochtigheid, luchtdruk, straling, geluid, trillingen en verlichting. Chemische factoren: luchtkwaliteit, stof- en
Metingen en normen: Omgevingsomstandigheden worden gemeten met sensoren en monitoring-systemen. Grenswaarden en richtlijnen komen uit nationale
Effecten: Ongunstige omgevingsomstandigheden kunnen gezondheid, comfort en productiviteit verminderen en bij extreme omstandigheden tot incidenten leiden.
Beheer en ontwerp: Ontwerpen van gebouwen en systemen houden rekening met klimaatomstandigheden zoals temperatuur en ventilatie.
Doel en belang: Een systematische aandacht voor omgevingsomstandigheden bevordert veiligheid, comfort, efficiëntie en duurzaamheid in sectoren