Home

baroreceptoractiviteiten

Baroreceptoractiviteiten verwijzen naar de activiteit van baroreceptoren, drukgevoelige zenuwuiteinden die voorkomen in de wand van de halsslagader (carotis sinus) en de aortaboog. Bij veranderingen in arteriële druk rekken deze receptoren hun membraan en veranderen ze de afgifte van afferente zenuwsignalen. Een hogere bloeddruk verhoogt de baroreceptoractiviteit, een lagere bloeddruk verlaagt deze activiteit.

Afferente signaalroutes verlopen via afzonderlijke zenuwen: carotide baroreceptoren sturen signalen via de nervus glossopharyngeus (IX) naar

Het baroreflexmechanisme fungeert als een snelle, korte-termijnregelaar van de bloeddruk: bij stijgende druk neemt de baroreceptorafgifte

Klinisch zijn baroreflex-parameters nuttig voor het beoordelen van autonome functies en baroreceptorgevoeligheid (BRS). Veranderingen in baroreceptoractiviteit

de
nucleus
tractus
solitarius
(NTS)
in
de
medulla,
terwijl
aortische
baroreceptoren
signalen
via
de
nervus
vagus
(X)
leveren
aan
dezelfde
NTS.
In
de
hersenstam
worden
de
ontvangen
signalen
geïntegreerd
en
vertaald
naar
efferente
autonome
responsen.
Parasympathische
uitgangen
(vooral
via
de
nucleus
ambiguus
en
de
dorsal
motor
nucleus
of
the
vagus)
beïnvloeden
hartfrequentie
en
AV-geleiding,
terwijl
de
sympathische
uitgangen
(via
de
RVLM
richting
het
ruggenmerg)
de
hartcontractiliteit
en
vasculaire
tonus
regelen.
toe,
wat
leidt
tot
daling
van
hartfrequentie,
afname
van
contractiliteit
en
vasodilatatie;
bij
dalende
druk
gebeurt
het
omgekeerde.
Reeds
langer
bestaande
veranderingen,
zoals
bij
chronische
hypertensie,
kunnen
leiden
tot
resetting
van
de
baroreflex,
waardoor
het
setpunt
zich
aanpast.
spelen
een
rol
bij
aandoeningen
zoals
orthostase,
hartfalen
en
veroudering.