Verstrakken

Verstrakken is een Nederlands werkwoord met twee hoofdbetekenissen: fysiek verstrakken en figuurlijk verstrakken. Fysiek kan het betekenen het strak aantrekken of vaster zetten van een voorwerp, zoals een bout, band of klem, zodat verbinding of druk toeneemt. In figuurlijke zin wordt verstrakken gebruikt wanneer regels, toezicht of procedures strengere maatregelen krijgen. In de politiek en het bedrijfsleven wordt vaak gesproken over het verder verstrakken van wetten, controles of toezicht.

De vorming: verstrakken is afgeleid van de prefix ver- plus strak (in de betekenis van strak houden); het is een regelmatig werkwoord. Conjugatie: ik verstrak, jij verstrakt, hij/zij/het verstrakt, wij verstrakken, jullie verstrakken, zij verstrakken. Verleden tijd: ik verstrakte, jij verstrakte, hij verstrakte, wij verstrakten, jullie verstrakten, zij verstrakten. Het voltooid deelwoord is verstrakt en wordt gebruikt met hebben: bijvoorbeeld De bout is verstrakt; De regels zijn verstrakt; De regering heeft de controles verstrakt.

Usage notes: het woord komt vooral voor in formele of journalistieke taal. Verstrakken kan zowel letterlijk als figuurlijk duiden op verharden of verstevigen van een situatie; de context is daarom belangrijk. Verstrakken van regels wijst doorgaans op strengere restricties, terwijl verstrakken van controles of veiligheidseisen wijst op strengere normen en toezicht.