Home

Standaardgebruik

Standaardgebruik verwijst naar de vorm van een taal die als norm wordt gehanteerd voor formeel en geschreven taalgebruik. Het omvat regels voor spelling, grammatica, woordkeuze en interpunctie, evenals conventies voor stijl en register. Dit normatieve gebruik wordt vaak vastgelegd in bronnen zoals grammatica’s, woordenboeken en stijlgidsen en wordt ondersteund door instellingen die het taalbeleid sturen.

In veel talen is er een onderscheiden standaardtaal die dient als referentie voor onderwijs, media, overheid

Standaardgebruik coexists met dialecten en informele registers. Dialecten kunnen op regionaal niveau sterk variëren en vormen

Discussies rond standaardgebruik draaien vaak om balancing tussen juist taalverzorging en inclusiviteit. Kritieken richten zich op

en
zakelijke
communicatie.
Voor
het
Nederlands
wordt
bijvoorbeeld
gesproken
van
het
Standaardnederlands,
waarbij
de
Nederlandse
Taalunie
een
rol
speelt
in
het
bevorderen
en
beschermen
van
een
consistent
gebruik
in
Nederland
en
Vlaanderen.
Het
standaardgebruik
kan
per
regio
verschillen,
maar
de
norm
probeert
over
grenzen
heen
verstaanbaar
en
interoperabel
te
houden.
vaak
een
breed
spectrum
van
taalvarianten
naast
de
standaardtaal.
Descriptieve
benaderingen
richten
zich
op
wat
mensen
daadwerkelijk
gebruiken,
terwijl
prescriptieve
benaderingen
normative
regels
opleggen.
In
de
praktijk
kan
standaardgebruik
flexibel
zijn:
formele
teksten
volgen
strikt
de
regels,
while
informele
communicatie
neigt
naar
spontaniteit
en
spreektaal.
neiging
tot
uitsluiting
van
minderheidsdialecten
en
maatschappelijke
groepen.
In
moderne
taalcultuur
evolueert
standaardgebruik
mee
met
leenwoorden,
technologische
ontwikkelingen
en
maatschappelijke
veranderingen,
zonder
de
basisfunctie
van
duidelijkheid
en
coherentie
uit
het
oog
te
verliezen.