Signaalverlichting

Signaalverlichting is een term die verwijst naar het gebruik van visuele signalen, meestal bestaande uit lampen of LEDs in een signaalhuis, om informatie of instructies binnen een signalsysteem over te brengen. De signalen zijn ontworpen om op afstand en onder verschillende lichtomstandigheden snel en eenduidig afleesbaar te zijn en vormen een onderdeel van een bredere veiligheids- en controlestructuur.

Signaalverlichting wordt in meerdere domeinen toegepast. In het wegverkeer gebruiken verkeerslichten signaalverlichting om de stroom van voertuigen en voetgangers te regelen. In spoorwegen en maritieme omgevingen communiceert signaalverlichting bevoegdingen en waarschuwingen aan operators en bemanning. In industriële automatisering en gebouwbeheer geven indicatorlampjes de status van apparatuur, storing en energieverbruik weer.

Technische kenmerken omvatten de lichtbron (LED's, gloeilampen), lenzen of optiek, behuizing en bevestigingsmateriaal. Signaleringen zijn vaak geïntegreerd met besturingssystemen, sensoren en bewakingsapparatuur en kunnen continu van stroom worden voorzien of worden ondersteund door back-ups zoals batterijen of een no-break. Moderne installaties kiezen steeds vaker voor LED-technologie vanwege betrouwbaarheid en energie-efficiëntie.

Kleurcodes en betekenissen variëren per domein en land. In veel systemen duidt rood op gevaar of stoppen, groen op doorgaan of veilig, en geel op voorzichtigheid of voorbereiden. Andere kleuren of knipperpatronen kunnen specifieke berichten overbrengen. De standaardisatie van kleuren, lichtreeksen en zichtbaarheid helpt uniforme interpretatie en veiligheid te waarborgen.

Onderhoud en betrouwbaarheid zijn belangrijk voor signaalverlichting. Regelmatige inspectie, het reinigen van lenzen, vervanging van defecte lampen en het testen van besturingscircuits maken deel uit van de levenscyclus. Internationale en nationale normen behandelen prestatiecriteria, montagehoogtes, helderheid en weersbestendigheid.