ROMmetingen

ROMmetingen zijn metingen van de bewegingsuitslag van een gewricht, doorgaans uitgedrukt in graden. Ze geven de maximale hoek aan die een gewricht kan bereiken bij actieve beweging (AROM) of bij passieve beweging door een patiënt of onderzoeker (PROM). ROMmetingen worden veel gebruikt in de fysiotherapie, orthopeedie en revalidatie om impairments te kwantificeren, veranderingen in de loop van de behandeling te volgen en behandeldoelen vast te stellen.

Veelgebruikte instrumenten zijn onder meer een goniometer, digitale inclinometer of smartphone-apps die de hoeken kunnen bepalen. Een gestandaardiseerd meetprotocol vereist correcte positionering van het lichaam, duidelijke aanwezigheid van referentiepunten en het vastleggen van meerdere metingen, meestal in paren en vervolgens een gemiddelde. Het onderscheid tussen actieve en passieve ROM is belangrijk; pijn, spasticiteit of spierzwakte kunnen de metingen beïnvloeden en moeten worden genoteerd.

Toepassingsgebieden omvatten het beoordelen van schouder-, elleboog-, pols-, heup-, knie- en enkelbewegingen, het monitoren van herstel na letsel of operatie, en het bepalen van behandeldoelen in revalidatie. Betrouwbaarheid kan variëren door technicusvaardigheid, patiëntinzet en meetapparatuur; daarom zijn duidelijke protocolafspraken en training essentieel. ROMmetingen geven een kwantitatieve baseline en trendinformatie, maar ze geven geen informatie over bewegingkwaliteit, kracht of functionele capaciteit.

Zie ook: goniometrie, fysiotherapie, revalidatie, orthopedie.