Home

ztoets

De ztoets, in het Nederlands vaak aangeduid als z-test, is een statistische toets die gebruikt wordt om te beoordelen of een populatiegemiddelde of een populatieproportie verschilt van een hypothesiewaarde. De toets gaat uit van de standaardnormale verdeling (N(0,1)) onder de nulhypothese en wordt meestal toegepast wanneer de populatievariantie bekend is of wanneer de steekproefomvang zo groot is dat de centrale limietstelling een normaal verdeling oplevert.

Er zijn verschillende vormen van de ztoets. Voor een éénsteekproefs toets op het gemiddelde met bekende sigma

Procedureel omvat een ztoets meestal: formuleren van H0: μ = μ0 (of p = p0) versus H1: μ ≠ μ0 (tweezijdig)

Vergeleken met de ttoets vereist de ztoets bekendheid van de populatievariantie en wordt ze vooral toegepast

is
de
formule
z
=
(x̄
-
μ0)
/
(σ/√n).
Voor
een
toets
op
een
proportie
is
de
vorm
z
=
(p̂
-
p0)
/
sqrt(p0(1
-
p0)/n).
Ook
bestaan
er
twee-sample
z-toetsen
die
het
verschil
tussen
twee
populatiegemiddelden
of
twee
proporties
beoordelen,
onder
aanname
van
bekende
variances.
of
eenzijdig
alternatief,
kiezen
van
een
significatieniveau
α,
berekenen
van
de
z-waarde
en
deze
vergelijken
met
de
kritieke
waarde
of
het
p-getal,
en
een
beslissing
nemen
op
basis
van
de
vergelijking
met
de
gekozen
drempel.
Een
ztoets
levert
een
p-waarde
op
die
de
sterkte
van
het
bewijs
tegen
H0
aangeeft.
bij
grote
steekproeven
of
wanneer
de
variantie
bekend
is.
Bij
onbekende
sigma
en
kleinere
steekproefomvang
is
de
t-toets
doorgaans
geschikter.