zonwering

Zonwering is een verzamelnaam voor maatregelen die voorkomen dat zonnestraling direct het gebouw binnendringt. Het doel is oververhitting en verblinding te verminderen, het comfort te verhogen en het energieverbruik te beperken. Zonwering omvat zowel uitwendige als inwendige systemen en kan handmatig of automatisch worden bediend.

Uitwendige zonwering, geplaatst aan de buitenzijde, blokkeert direct zonlicht voordat het de gevel bereikt. Voorbeelden zijn overstekken en brisesoleil, zonneschermen (awnings), buitenjaloezieën en zonweringsdoeken. De materiaalkeuze—aluminium, staal, hout of textiel—beïnvloedt duurzaamheid, esthetiek en onderhoudsbehoefte. Uitwendige systemen zijn doorgaans effectiever in het verminderen van warmtewonding in de zomer en kunnen het daglichtgunstig blijven toelaten zonder direct zonlicht.

Inwendige zonwering omvat jaloezieën, rolgordijnen, gordijnen en zonwerende screen-systemen. Deze systemen bieden flexibiliteit bij het regelen van licht en glare en zijn vaak gemakkelijker te integreren in bestaande interieurs. Ze hebben doorgaans minder impact op de gebouwschil en minder weersinvloeden, maar blokkeren directe zonnestraling minder effectief dan uitwendige oplossingen.

Ontwerp en bediening van zonwering houden rekening met oriëntatie, klimaat en gebouwgebruik. Passieve oplossingen (vaste overstekken, brisesoleil) ontstaan uit architectonisch ontwerp, terwijl verstelbare lamellen of jaloezieën kunnen worden afgestemd op zonhoogte en seizoen. Automatisering met sensoren en gebouwbeheersystemen kan de zonwering afstemmen op de zonnestand en het binnenklimaat.

De voordelen bestaan uit minder koelbehoefte, minder glans en UV-bescherming, behoud van uitzicht en daglicht. Nadelen kunnen kosten, onderhoud en mogelijke afname van natuurlijk licht in piekuren zijn. Zonwering vereist afstemming op klimaat en gebruiksprofiel.