uitkijken
Uitkijken is een werkwoord in het Nederlands, opgebouwd uit uit en kijken. Het kent twee hoofdbetekenissen die in het dagelijkse taalgebruik voorkomen.
De eerste betekenis is voorzichtig zijn of oppassen: iemand moet uitkijken in een gevaarlijke situatie. Voorbeelden
De tweede betekenis is ergens naar uitzien of iets met plezier verwachten. In deze betekenis wordt vaak
Grammaticaal punt: Uitkijken is een separabel werkwoord. In de tegenwoordige tijd scheid je de prefix uit van
Naast de werkwoordsvormen bestaat het verwante zelfstandig naamwoord uitkijk, dat verwijst naar een plek waar men
Samengevat verwijst uitkijken naar oplettendheid en veiligheid, of naar het anticiperen en genieten van toekomstige gebeurtenissen,