omgevingsradionucliden
Omgevingsradionucliden zijn radionucliden die van nature voorkomen in het milieu of door menselijke activiteiten in het milieu terechtkomen. Ze kunnen zich verspreiden via lucht, water en bodem en komen voor in planten en dieren. Natuurlijke omgevingsradionucliden zijn onder meer radon-222, uranium-238, thorium-232 en kalium-40. Kunstmatige of antropogene radionucliden ontstaan door menselijke activiteiten zoals kernenergieproductie, industriële processen, medische toepassingen en nucleaire testen. Voorbeelden zijn cesium-137, jodium-131, plutonium-239 en strontium-90.
In het milieu verspreiden radionucliden zich via de atmosfeer, water en bodem. Radon en aerosolen kunnen leiden
Monitoring van omgevingsradionucliden vindt plaats via milieumetingen en netwerken voor milieustraling. Metingen omvatten lucht, water, bodem
Beleid en regulering van omgevingsradionucliden volgen internationale normen van IAEA en Europese regels (EURATOM), aangescherpt met